De recente overstap van voetballer Des Kunst van VV Katwijk naar SV Spakenburg heeft geleid tot ophef binnen het amateurvoetbal. In deze blog staat de vraag centraal of Kunst gerechtigd was om bij SV Spakenburg te tekenen, en of VV Katwijk nog juridische mogelijkheden heeft.
In maart 2025 liet Des Kunst aan VV Katwijk weten zijn tot medio 2026 lopende
contract
Een akte (schriftelijke vastlegging) van een overeenkomst.
» Meer over contract
contract te willen beëindigen. Hij zou als videoanalist en jeugdtrainer bij AZ aan de slag gaan – volgens hem onverenigbaar met spelen in de tweede divisie. Katwijk stemde in met zijn verzoek, maar kreeg afgelopen vrijdag te horen dat Kunst zich inmiddels had aangesloten bij het eerste elftal van SV Spakenburg, een directe concurrent. Dat leidde tot verontwaardiging binnen de club, die juridische stappen overweegt.
Partijen hebben de afspraken over de beëindiging van het spelerscontract in maart 2025 schriftelijk vastgelegd in een beëindigingsovereenkomst. Volgens VV Katwijk is daarin opgenomen dat als Kunst zou blijven voetballen dit op een lager niveau zou zijn. VV Katwijk meent dat Kunst deze afspraken nu niet nakomt door bij SV Spakenburg te gaan voetballen. Volgens SV Spakenburg is in de
beëindigingsovereenkomst slechts opgenomen dat Kunst voornemens was lager te gaan voetballen, maar dat dit geen harde verplichting was.
In het betaald voetbal zijn spelerscontracten gebaseerd op KNVB-modelovereenkomsten en in lijn met de
cao (collectieve arbeidsovereenkomst)
Een collectieve arbeidsovereenkomst (cao) is een schriftelijke overeenkomst waarin afspraken over arbeidsvoorwaarden zijn vastgelegd.
» Meer over cao (collectieve arbeidsovereenkomst)
cao voor contractspelers. Sinds het seizoen 2022/’23 gelden vergelijkbare vereisten in het amateurvoetbal: spelers mogen geen andere vergoeding meer ontvangen dan een onkostenvergoeding of vrijwilligersvergoeding, tenzij zij beschikken over een geregistreerde
arbeidsovereenkomst
De overeenkomst waarbij de ene partij, de werknemer, zich verbindt in dienst van de andere partij, de werkgever, tegen loon gedurende zekere tijd arbeid te verrichten.
» Meer over arbeidsovereenkomst
arbeidsovereenkomst met een erkende club. Dat leidt tot een tweedeling tussen amateurspelers (geen arbeidsovereenkomst) en contractspelers (geregistreerde arbeidsovereenkomst bij de KNVB). Er bestaan geen KNVB-modellen voor overeenkomsten ter beëindiging van de spelerscontracten.
De kernvraag is of partijen hebben afgesproken dat het Kunst niet toegestaan was om over te stappen naar een andere club in de tweede divisie. De beantwoording van die vraag zal – nu partijen daarover een verschillende lezing over hebben – een kwestie van uitleg zijn, waarbij het Haviltex-criterium leidend is: niet alleen de letter van de overeenkomst, maar ook de bedoeling van partijen is relevant bij het vaststellen van hetgeen partijen hebben bedoeld. Als de uitleg in het voordeel van VV Katwijk is, dan kan zij mogelijk de beëindigingsovereenkomst ontbinden.
Los hiervan kan worden afgevraagd of de beëindigingsovereenkomst wel geldig tot stand is gekomen. Als VV Katwijk de
overeenkomst
Een meerzijdige rechtshandeling, waarbij een of meer partijen jegens een of meer andere partijen een verbintenis aangaan.
» Meer over overeenkomst
overeenkomst is aangegaan in de veronderstelling dat Kunst definitief zou stoppen met voetbal op tweede divisieniveau en dit zou voor haar ook een essentiële voorwaarde zijn, dan zou sprake kunnen zijn van dwaling (art. 6:228 BW). VV Katwijk kan een onder invloed van dwaling tot stand gekomen overeenkomst vernietigen.
VV Katwijk heeft dus mogelijk een keuze: ontbinding of vernietiging. Die routes kennen verschillende rechtsgevolgen. Ontbinding werkt in beginsel niet terug en herstelt de arbeidsovereenkomst van Kunst niet. Bij vernietiging daarentegen wordt de overeenkomst geacht nooit te hebben bestaan, waardoor het spelerscontract in beginsel wél zou herleven. In theorie zou Katwijk Kunst dan kunnen verplichten om terug te keren, al ligt een schadevergoeding – bijvoorbeeld wegens een gemiste transfersom – meer in de rede.
Primair zal VV Katwijk zich op Kunst (moeten) richten. De vraag is of er daarnaast nog juridische actie mogelijk is tegen SV Spakenburg. Uitgangspunt in het Nederlandse verbintenissenrecht is dat overeenkomsten slechts rechtsgevolg hebben tussen de betrokken partijen zelf. VV Katwijk kan zich dan ook niet beroepen op bepalingen uit die overeenkomst tegenover SV Spakenburg, tenzij sprake zou zijn van onrechtmatig handelen. Maar enkel het profiteren van een gunstige situatie is onvoldoende om aansprakelijkheid op grond van art. 6:162 BW (onrechtmatige daad) aan te nemen – zeker als SV Spakenburg kan aantonen dat het te goeder trouw handelde en ervan uitging dat Kunst contractvrij was.
De juridische positie van VV Katwijk hangt sterk af van de precieze bewoordingen van de beëindigingsovereenkomst én van de omstandigheden waaronder deze tot stand is gekomen. Deze zaak laat zien dat zelfs bij beëindiging “in goed overleg”, juridische duidelijkheid van doorslaggevend belang is. Amateurclubs doen er verstandig aan om beëindigingsovereenkomsten net zo zorgvuldig op te stellen als arbeidsovereenkomsten. Temeer nu het amateurvoetbal, mede door recente KNVB-regels, steeds verder juridiseert.