Middels een bestuursverbod kan iemand voor een bepaalde periode het recht worden ontzegd om als bestuurder of commissaris van een
rechtspersoon
Het BW kent geen algemene definitie van rechtspersoon.
» Meer over rechtspersoon
rechtspersoon op te treden. De mogelijkheid om aan iemand een bestuursverbod op te leggen bestaat zowel in het civielrecht als het strafrecht.
Een civielrechtelijk bestuursverbod kan voor maximaal 5 jaar worden opgelegd aan bestuurders wie een verwijt kan worden gemaakt voor de oorzaak van een faillissement waar zij bij zijn betrokken. Het verbod wordt op verzoek van de
curator
Een door de rechtbank aangewezen persoon die is belast met het beheer en de beschikking over het vermogen van een gefailleerde.
» Meer over curator
curator of het openbaar ministerie opgelegd door de rechtbank. Een bestuursverbod wordt geregistreerd in de Kamer van Koophandel zodat het voor een ieder openbaar inzichtelijk is. Daarnaast kan de
Kamer van Koophandel
Een publieke instelling gericht op advisering en ondersteuning van ondernemers en beheerder van het Handelsregister.
» Meer over kamer van Koophandel
Kamer van Koophandel de betreffende bestuurders uitschrijven bij andere vennootschappen die zij mogelijk besturen.
In de faillissementswet (art 106a Fw) wordt opgesomd wanneer de rechtbank zo’n civielrechtelijk bestuursverbod aan een bestuurder kan opleggen. Dit kan onder andere als er sprake is van onbehoorlijk bestuur, als de bestuurder bewust namens de rechtspersoon rechtshandelingen heeft verricht waardoor schuldeisers zijn of als de bestuurder in ernstige mate tekort is geschoten in de nakoming van zijn informatie- of medewerkingsverplichtingen jegens de curator.