3 min lezen

de nieuwe geschillenregeling (per 1 januari 2025)

Sjoerd Yntema
Sjoerd Yntema
Neem contact op

Op 1 januari 2025 is de Wet aanpassing geschillenregeling en verduidelijking ontvankelijkheidseisen enquêteprocedure (Wagevoe) in werking getreden​. Deze wet moderniseert de wettelijke geschillenregeling ingrijpend, met als doel aandeelhoudersgeschillen sneller, eenvoudiger en definitiever te beslechten. De belangrijkste wijzigingen zijn als volgt:

  • Overstap naar verzoekschrift bij de Ondernemingskamer: Uittreding- en uitstotingsprocedures (evenals de procedures over stemrechtoverdracht en prijsvaststelling) verlopen niet langer via dagvaarding bij de rechtbank, maar via een verzoekschriftprocedure bij de Ondernemingskamer​. De Ondernemingskamer wordt daarmee eerste en enige feitelijke instantie voor deze geschillen​. Dit versnelt de procedure aanzienlijk en concentreert de behandeling bij een gespecialiseerd forum. Eventuele hoger beroep is alleen nog cassatie bij de Hoge Raad​. De Ondernemingskamer kan bovendien in één keer alle betrokken partijen (alle aandeelhouders, certificaathouders e.d.) oproepen​, zodat compleet en definitief recht kan worden gedaan.
  • Geïntegreerde behandeling van vorderingen: Onder de nieuwe wet kunnen samenhangende geschilpunten in één procedure voor de Ondernemingskamer worden meegenomen. Bijvoorbeeld kan een aandeelhouder die uittreding verzoekt tegelijk een tegenvordering van de wederpartij tot uitstoting laten behandelen, zodat de Ondernemingskamer in één beschikking de knoop kan doorhakken (art. 282 lid 4 Rv)​. De Ondernemingskamer kan besluiten om vorderingen te splitsen als gezamenlijk behandelen tot onredelijke vertraging zou leiden, maar uitgangspunt is een efficiënte, geïntegreerde aanpak.
  • Verruiming van uitstotingsgronden: Voorheen golden slechts gedragingen in de hoedanigheid van aandeelhouder als grond voor uitstoting (art. 2:336 BW oud)​. Misstanden door een aandeelhouder in een andere rol – bijvoorbeeld als bestuurder of concurrent – konden niet rechtstreeks leiden tot uitstoting, hoe schadelijk ook, omdat de wetgever dat destijds aan andere procedures overliet​. De Wagevoe maakt een einde aan dit onderscheid. Voortaan mag de rechter alle gedragingen die het vennootschappelijk belang ernstig schaden meewegen, ook als deze buiten de aandeelhoudershoedanigheid vallen​. Als nieuwe toets voor uitstoting geldt de vraag of de aandeelhouder zich zo gedragen dat het voortduren van zijn aandeelhouderschap niet langer geduld kan worden​? Dit sluit aan bij de praktijk waarin bijvoorbeeld wanbeheer door een 50%-aandeelhouder-bestuurder, of het wegsluizen van bedrijfsopbrengsten via een concurrerend bedrijf, aanleiding gaf voor ingrijpen​. Dergelijke gevallen vallen nu expliciet onder de uitstotingsregeling.
  • Uitgebreidere kring van gerechtigden: De geschillenregeling geldt vanaf 2025 niet alleen voor aandeelhouders, maar onder omstandigheden ook voor certificaathouders. Met name bij certificaten met vergaderrecht (zoals vaak in familiebedrijven) staan certificaathouders economisch gelijk aan aandeelhouders. Zij kunnen nu eveneens uittreding verzoeken of worden betrokken in geschilprocedures​. Dit herstelt een omissie: certificaathouders die structureel geen dividend krijgen of anderszins benadeeld worden, hebben voortaan een uitweg via de geschillenregeling.

Deze wetswijzigingen betekenen een grote verandering in de procespraktijk. Waar aandeelhouders voorheen vaak naar de enquêteprocedure grepen bij gebrek aan een adequaat alternatief​, biedt de vernieuwde geschillenregeling nu een direct en afdoende remedie. Zo hoeft men niet langer eerst een (langdurige) enquêteprocedure te doorlopen om daarna via een aparte procedure tot een gedwongen exit te komen​. De Ondernemingskamer kan in één zaak zowel de feiten en verhoudingen doorgronden als de knoop doorhakken over de vraag wie moet gaan en tegen welke prijs. De specialisatie van de Ondernemingskamer – die al veel ervaring heeft met waarderingen in uitkoopprocedures (art. 2:201a/2:92a BW)​– komt hierbij goed van pas. Men verwacht dan ook dat aandeelhoudersgeschillen voortaan sneller tot een definitieve oplossing komen​. In de memorie van toelichting wordt opgemerkt dat hiermee duurzame oplossingen binnen handbereik komen, waar voorheen vaak halfslachtige of tijdelijke resultaten werden geboekt​.

Belangrijk is dat de drempel voor ingrijpen via de Ondernemingskamer wel hoog blijft: de situatie moet ernstig genoeg zijn dat gedwongen scheiding gerechtvaardigd is (dat was onder het oude recht ook zo). Maar als die drempel is gehaald, kan de Ondernemingskamer nu doorpakken. Een aandeelhouder die het belang van de onderneming ernstig schaadt, loopt meer dan ooit het risico dat hij gedwongen wordt om zijn aandelen over te dragen. Omgekeerd kan een benadeelde aandeelhouder nu eenvoudiger zijn aandelen verkopen tegen een door de rechter vastgestelde billijke prijs. Over die prijsstelling bepaalt de wet dat de Ondernemingskamer rekening houdt met alle omstandigheden, inclusief eventueel waardeverminderend gedrag van de wederpartij – zo nodig met een veroordeling tot schadevergoeding of een billijke correctie van de prijs​. De kern is dat de rechter een definitieve balans opmaakt tussen partijen. De Wagevoe voorziet daarmee in een integrale beslechting van het geschil.

Nieuws-
brief

Ravel Residence