Als op het internet of op een andere manier publiekelijk een onrechtmatige beschuldiging is geuit dan kan daarvan in kort geding de verwijdering worden geëist. Het is in zo’n kort geding belangrijk dat zo goed en gedocumenteerd uiteengezet wordt waarom de beschuldiging onrechtmatig is en moet worden verwijderd.
Aan een veroordeling tot verwijdering van een beschuldiging van het internet moet altijd een dwangsom worden gekoppeld, omdat de veroordeelde partij anders gemakkelijk zou kunnen besluiten het vonnis naast zich neer te leggen. De hoogte van een dwangsom is niet onbeperkt, er wordt vrijwel altijd een maximum aan gekoppeld. Als een advocaat een te hoge dwangsom eist dan kan de rechter die matigen.
Het verwijderen van een onrechtmatige beschuldiging op een website naar aanleiding van een veroordelend vonnis lijkt eenvoudig, maar in de praktijk gaat het regelmatig mis. Gevolg: de verbeurde dwangsommen worden opgeëist. Een bekend voorbeeld is een rechtszaak uit 2012 tegen Quote. Het maandblad was veroordeeld om een artikel van de website Quotenet te verwijderen en had dat ook gedaan. Maar door een technische fout bij het lanceren van de vernieuwde website werd het betreffende artikel toch weer opvraagbaar. De rechter in kort geding oordeelde in die zaak uiteindelijk dat er geen dwangsommen waren verbeurd, omdat geen sprake was geweest van enig bewust of actief handelen van medewerkers van Quote. Maar het toont wel aan hoe makkelijk het mis kan gaan in de ‘digitale wereld’.