Mag bank restschuld erflater verhalen op eigen vermogen erfgenamen?
Een opmerkelijk executiegeschil. Een deurwaarder kreeg de opdracht van een bank om executoriaal beslag te leggen onder twee erfgenamen in verband met een restschuld op een hypotheeklening van hun overleden moeder. Maar de deurwaarder twijfelde of hij de hypotheekakte wel kon executeren tegen de erfgenamen. Hij vroeg de rechter in kort geding om een oordeel. Advocaat Hidde Reitsma, die regelmatig optreedt als vereffenaar van nalatenschappen en in executiegeschillen, bespreekt de uitspraak.
Restschuld na verkoop woning erflater
Mevrouw X had een hypotheek bij de bank van € 210.000. In maart 2010 overlijdt mevrouw X; haar beide zoons zijn haar enig erfgenaam, en zij aanvaarden de nalatenschap zuiver. De erfgenamen hebben de woning verkocht maar –zoals tegenwoordig vaker het geval- resteerde een schuld. De erfgenamen hadden deze restschuld niet terugbetaald. De bank heeft daarom een deurwaarder ingeschakeld om executoriaal beslag te leggen onder de erfgenamen door de hypotheekakte van hun moeder jegens hen, als erfgenamen (rechtsopvolgers onder algemene titel) te executeren.
Hypotheekakte van rechtswege executoriale kracht
De hypotheekakte bevatte de voorwaarden waaronder de geldlening is aangegaan. Dat brengt mee dat de grosse van die akte executoriale kracht heeft. Dit betekent dat een hypotheekverstrekker zonder tussenkomst (en vonnis) van de rechter tot verhaal van zijn vordering kan overgaan door te executeren als de schuldenaar in gebreke blijft. Zo kan een bank executoriaal beslag leggen op goederen of de betreffende woning en deze direct verkopen. De deurwaarder wist echter niet zeker dit ook mag bij erfgenamen. De deurwaarder startte een kort geding op grond van zijn bijzondere bevoegdheid hiertoe: bij twijfel over de juridische juistheid van een aan een deurwaarder gegeven opdracht kan hij een executiegeschil te starten bij de voorzieningenrechter. Dit heet een deurwaardersrenvooi.
Erfgenamen van rechtswege schuldenaar van boedelschulden
Zo geschiedde ook in deze zaak. De voorzieningenrechter buigt zich over de vraag van de deurwaarder of de hypotheekakte ook ten aanzien van de erfgenamen executoriale kracht heeft. De rechter overweegt dat het afhangt van de wijze waarop de erfenis door de erfgenamen is aanvaard. Uit het erfrecht volgt –kort en bondig- dat met het overlijden van de erflater zijn erfgenamen van rechtswege schuldenaar worden van de schulden van de erflater die niet met zijn dood tenietgaan (persoonlijke verbintenissen). Omdat de zoons de nalatenschap van hun moeder zuiver hebben aanvaard zijn zij in dit geval dus van rechtswege schuldenaar geworden van de vordering die de bank heeft op hun overleden moeder.
Erfgenamen in beginsel niet privé aansprakelijk voor schulden boedel
Maar dit betekent nog niet dat de zoons ook privé aansprakelijk worden voor die schulden. In beginsel kunnen schuldeisers van de nalatenschap (zoals de bank in dit geval) hun vordering op de goederen van de nalatenschap verhalen. Een erfgenaam is niet verplicht een schuld van de nalatenschap uit zijn eigen privévermogen te voldoen.
Zuivere aanvaarding: verhaal op eigen vermogen erfgenaam mogelijk
Een uitzondering hierop is de situatie waarin een erfenis zuiver wordt aanvaard. Rechtsgevolg van zuivere aanvaarding is dat schuldeisers van de nalatenschap verhaal hebben op het eigen vermogen van de erfgenamen. In deze zaak hadden de zoons de erfenis zuiver aanvaard en daarom oordeelt de voorzieningenrechter dat de hypotheekakte een executoriale titel oplevert jegens de erfgenamen en dus ook jegens hen ten uitvoer kan worden gelegd.
Zuivere en beneficiaire aanvaarding: verschillen
Bij zuivere aanvaarding wordt een erfenis zonder voorbehoud aanvaard. De erfgenaam heeft recht op alle bezittingen maar is ook aansprakelijk voor alle schulden. Een andere mogelijkheid is om een erfenis beneficiair te aanvaarden. Dan krijgt de erfgenaam de gelegenheid om de erfenis in kaart te brengen (boedelbeschrijving). Als er onvoldoende bezittingen zijn om de schulden te betalen, kunnen schuldeisers zich niet verhalen op het eigen vermogen van de erfgenaam.