De Hoge Raad wees onlang een bijzonder arrest. Het ging over het recht op de dertiende penning. Deze heffing stamt uit de Middeleeuwen en moet worden voldaan door de koper van een perceel grond aan de rechthebbende op deze penning (meestal een ander dan de verkoper). Het recht werd nog maar in een paar gemeenten toegepast en is bij wet van 1984 opgeheven doch niet eerder dan per 1 januari 2015. Dit arrest is waarschijnlijk de allerlaatste uitspraak over dit oude zakelijke recht. Advocaat Thomas van Vugt licht toe.
Juridische levering uitgesteld tot na 1 januari 2015
In deze zaak hebben de koper en verkoper van een deal gesloten met betrekking tot de verkoop van een paar percelen in Baambrugge. Op deze percelen rust ook het recht van de dertiende penning. Koper en verkoper hebben echter in 2009 een koopovereenkomst gesloten en bepaald dat koper economisch eigenaar van de gronden is geworden. De juridische levering van de percelen is uitgesteld tot na februari 2015, aldus na het vervallen van het recht op de dertiende penning.
Rechthebbenden 13e penning dagvaarden koper
Eisers in deze procedure zijn de rechthebbende op de dertiende penning. Zij hebben een procedure aangespannen tegen de koper. In deze procedure hebben zij betaling van de dertiende penning gevorderd (€ 55.000 zijnde 11% van de koopprijs). Zij voeren hiertoe aan dat de dertiende penning verschuldigd is door het sluiten van de koop en niet pas bij de levering. Subsidiair hebben zij aangevoerd dat constructie om betaling te omzeilen misbruik van recht oplevert.
Wanneer is 13e penning verschuldigd?
In eerste aanleg en in hoger beroep is de vordering van eisers afgewezen. Eisers hebben hun zaak vervolgens bij de Hoge Raad neergelegd. De kern van het geschil is de vraag wanneer de dertiende penning verschuldigd wordt: bij koop of bij levering? De Hoge Raad stelt dat oude zakelijke rechten zoals dat van de dertiende penning worden beheerst door het gewoonterecht. Deze rechten zijn namelijk niet wettelijk geregeld. In de praktijk wordt de dertiende penning steeds pas na levering in rekening gebracht. Dus de koper in deze zaak is geen dertiende penning verschuldigd aangezien de percelen pas worden geleverd na afschaffing van dit recht.
Omzeiling betaling penning misbruik van recht?
Levert deze constructie nu misbruik van recht op? Die vraag beantwoordt de Hoge Raad ontkennend. Het is in het algemeen niet onrechtmatig om, ter vermijding van een niet gewenst gevolg van een rechtshandeling, een andere, al dan niet deels daarmee overeenstemmende rechtshandeling te verrichten, waaraan dat gevolg niet is verbonden. Als er dus een alternatieve juridische weg (constructie) voor handen is waardoor een heffing wordt vermeden, mag deze worden gevolgd. De koper hoeft geen dertiende penning te betalen.