De Party Autonomy Rule van artikel 32a Rv: wanneer is de NCC wél bevoegd?
In het kort
- De party autonomy rule van artikel 32a Rv vereist dat een geschil bij de NCC betrekking heeft op een rechtsverhouding die ter vrije bepaling van partijen staat
- Deze regel wordt beperkt uitgelegd: alleen als het algemeen belang of directe belangen van derden in het geding zijn, ontbreekt bevoegdheid bij de NCC
Wiens party is dit?
NCC gaat verder in op artikel 32a Rv
Eerder dit jaar publiceerden wij een drieluik over de Netherlands Commercial Court (NCC). In deel III gingen we in op de inhoudelijke eisen om een geschil te kunnen voorleggen aan de NCC, met name het vereiste dat sprake moet zijn van een internationaal geschil.
Maar er is nog een andere inhoudelijke voorwaarde die tot nu toe minder aandacht heeft gekregen: het geschil moet – conform artikel 32a Rv – betrekking hebben op een rechtsverhouding die “ter vrije bepaling van partijen staat“. In een recente uitspraak van de NCC is nadere duidelijkheid gegeven over de uitleg van dit vereiste (ook wel de party autonomy rule genoemd), in geschillen waarin tevens dwingendrechtelijke bepalingen een rol spelen.
Achtergrond
De zaak betrof een conflict tussen de Nederlandse Batavia Biopharma B.V. (BBP) en de Koreaanse CJ Cheiljedang Corporation (CJ), beide aandeelhouders van Batavia Biosciences B.V. BBP stelde dat zij op grond van de aandeelhoudersovereenkomst, de statuten en het Nederlands vennootschapsrecht gerechtigd was niet-uitvoerende bestuurders te benoemen. CJ betwistte dit recht. De partijen hadden in hun aandeelhoudersovereenkomst van december 2021 een forumkeuzebeding opgenomen ten gunste van de NCC.
Party Autonomy Rule
Zoals gebruikelijk heeft de NCC ambtshalve haar eigen bevoegdheid getoetst. Naast de vaststelling dat de NCC internationale rechtsmacht had (op grond van het forumkeuzebeding) en dat het geschil internationaal karakter had (CJ is gevestigd in Korea), richtte de rechter zich op de vraag: voldoet dit geschil aan de party autonomy rule van artikel 32a Rv?
Artikel 32a Rv bepaalt dat de NCC alleen geschillen kan behandelen die voortvloeien uit een rechtsbetrekking die “ter vrije bepaling van partijen staat”. Deze formulering ligt aan de basis van de NCC-bevoegdheid, maar roept tegelijkertijd fundamentele interpretatievragen op. Met name in geschillen waarin dwingendrechtelijke bepalingen een rol spelen, kan de vraag rijzen of aan dit vereiste is voldaan. Vennootschapsrecht kent immers tal van dwingende regels die de organisatie en werking van rechtspersonen beheersen. De kernvraag in deze zaak was daarom: sluit de aanwezigheid van dwingend vennootschapsrecht de NCC-bevoegdheid automatisch uit?
De NCC oordeelde hierover dat de party autonomy rule beperkt van reikwijdte is en alleen de NCC de bevoegdheid ontneemt indien (i) het algemeen belang in het geding is, of (ii) er sprake is van kwesties die direct belangen van derden raken (wat mogelijk of daadwerkelijk in strijd is met de openbare orde).
Concrete voorbeelden van rechtsgebieden waarin partijen geen volledige autonomie hebben, zijn onder meer: de bescherming van zwakkeren zoals minderjarigen in het familierecht, het algemeen belang bij de staat van personen (zoals huwelijk en echtscheiding), en de belangen van schuldenaren en schuldeisers bij bewind, curatele, schuldsanering en faillissement. Deze voorbeelden hebben gemeen dat zij rechtsbetrekkingen betreffen waarin de rechtsorde niet toestaat dat partijen volledig zelfstandig de rechtsgevolgen bepalen, omdat belangen op het spel staan die de individuele partijen overstijgen.
In de zaak tussen BBP en CJ waren dergelijke omstandigheden niet aan de orde. Het ging om de nakoming van een aandeelhoudersovereenkomst tussen de twee aandeelhouders onderling. Resultaat: BBP en CJ bepaalden hun eigen rechtsverhouding. Dus wiens party was het? Volledig die van hen.
Conclusie
Heeft u vragen over de NCC, aandeelhoudersgeschillen of de vraag of uw geschil voldoet aan de party autonomy rule? Neem dan gerust contact met ons op. Ons litigation-team heeft ruime ervaring met complexe internationale procedures en adviseert u graag over de beste aanpak.