Onlangs wees de rechtbank Amsterdam een interessante uitspraak over de aansprakelijkheid van bestuurders bij het afgeven van misleidende informatie over de ondernemingsresultaten. De aandeelhouders van het failliete ICT-bedrijf Landis hadden gezamenlijk een procedure tegen de ex-bestuurders aangespannen. Advocaat ondernemingsrecht Marco Guit licht de zaak toe.
Bestuurders aansprakelijk voor faillissementstekort
Landis ging in 2002 failliet. Vanaf 1998 was Landis aan de beurs genoteerd. De Ondernemingskamer (OK) heeft kort voor het faillissement vastgesteld dat er o.m. op het gebied van het financieringsbeleid, de administratie en de externe verslaggeving sprake is geweest van wanbeleid. De OK hield het bestuur en de Raad van Commissarissen hiervoor verantwoordelijk. Na het faillissement zijn zij op vordering van de curator door de rechtbank veroordeeld om het faillissementstekort en een schadevergoeding te betalen op grond van bestuurdersaansprakelijkheid.
VEB stelt schadeactie in namens gedupeerde beleggers
Vervolgens zijn ook de gedupeerde aandeelhouders, vertegenwoordigd door de VEB, verhaal gaan halen. VEB heeft de bestuurders aansprakelijk voor de koersschade die de aandeelhouders hebben geleden op grond van o.a. balansaansprakelijkheid en misleidende publieke berichtgeving. Uit de uitspraak van de rechtbank bleek namelijk dat Landis jarenlang de financiële situatie van de onderneming veel te rooskleurig had geschetst. De omzet was (bewust) miljoenen te hoog weergegeven in de jaarcijfers en ook op ander punten liet de financiële verslaglegging ernstig te wensen over.
Balansaansprakelijkheid: misleidende voorstelling jaarcijfers
Op grond van artikel 2:139 BW zijn bestuurders hoofdelijk aansprakelijk voor schade die derden hebben geleden als gevolg van een misleidende voorstelling van de toestand der vennootschap in de jaarrekening of andere tussentijdse cijfers. De rechtbank stelt in navolging van de eerdere uitspraak vast dat de jaarrekeningen van 1999 en 2000 misleidende gegevens bevatten. Gezien de omvang en veelheid van de correcties was er sprake van een patroon van manipulatie met cijfers en verhulling van de werkelijkheid. De aandeelhouders kunnen worden beschouwd als derden in de zin van artikel 2:139 BW en de bestuurders zijn dus aansprakelijk.
Misleidende berichtgeving in de media onrechtmatig
Ook zijn de uitlatingen die de bestuurders hebben gedaan in persberichten misleidend geweest. Zo is er een winstverwachting uitgesproken in 2001 van tenminste € 0,40 per aandeel terwijl toen al bekend was dat het verlies €1,06 per aandeel zou bedragen. De bestuurders wisten dat de onjuistheid in de financiële verslaglegging en in berichtgeving in de pers tot een misleidende voorstelling zou leiden. Hierbij geldt dat zij, als bestuurders van een beursgenoteerd bedrijf, zich bewust horen te zijn van het belang van de juistheid van o.m. hun uitspraken in de media.
Financiële verslaggeving voor maatman-belegger
Deze handelingen zijn ernstig verwijtbaar en dus onrechtmatig jegens de beleggers. De rechter benadrukt het belang van (juiste) periodieke financiële verslaggeving van een beursgenoteerd bedrijf. De verslaglegging is mede bedoeld om het beleggend publiek, de maatman-belegger, in de gelegenheid te stellen zich een afgewogen beeld te vormen van de winstgevendheid en de toekomstkansen van dat bedrijf. Hij zal zijn beleggingsbeslissing daarop baseren.
Misleidende cijfers: koersschade aandeelhouders
De gedupeerden in deze zaak hebben deze beslissing niet goed kunnen nemen omdat zij verkeerd waren geïnformeerd. Hen is de kans ontnomen om een goede beslissing te maken over het aankopen, kopen, verkopen of behouden van hun aandelen. Nu niet kan worden ontkend dat de onjuiste informatie enige invloed heeft gehad op de beurskoers, is de mogelijkheid dat de beleggers schade hebben geleden voldoende aannemelijk. Er is dus sprake van causaal verband. Wat de schade precies is, zal vastgesteld moeten worden in een schadestaatprocedure.