Nederland staat van oudsher bekend als een land waarin het buitengewoon makkelijk is om conservatoir beslag te leggen, ook voordat een rechter uitspraak heeft gedaan over de claim waarvoor beslag wordt gelegd. Maar is dat nog steeds het geval? Het lijkt erop dat de voorzieningenrechters steeds strenger zijn in het verlenen van verlof om beslag te mogen leggen. Advocaat incassorecht Hidde Reitsma legt uit.
Conservatoir beslag leggen
Het wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering biedt de mogelijkheid om aan de voorzieningenrechter van de rechtbank verlof te vragen beslag te leggen op goederen van de schuldenaar, nog voordat een procedure is aangevangen. Daartoe moet een verzoekschrift worden ingediend (een beslagrekest) waarin wordt aangegeven op welke gronden de schuldeiser vordering heeft op wie, en waarop hij beslag zou willen leggen. Op dat verzoek wordt de (beoogde) beslagene in principe niet gehoord: het beslag moet voor hem als een verassing komen. Als de rechter het verzoek toewijst, begroot de rechter de vordering van de beslaglegger, en bepaalt hij ook binnen welke termijn de beslaglegger een procedure moet hebben gestart om de claim waarvoor beslag wordt gelegd vast te stellen (“de eis in hoofdzaak”).
Beslagsyllabus: geen recht, wel grote invloed
De afgelopen jaren is de wettelijke regeling niet gewijzigd. Wel hebben de rechters richtlijnen opgesteld (die zijn vastgelegd in de zogenoemde beslagsyllabus), waarin richtlijnen staan voor voorzieningenrechters die oordelen over beslagrekesten. De beslagsyllabus heeft de laatste jaren steeds strengere regels gesteld aan beslagrekesten. Zo dient de schuldeiser tegenwoordig behoorlijk specifiek aan te duiden op welke grondslag hij een vordering heeft, en verwacht de rechter vaak ook dat daarbij bewijsmateriaal wordt overgelegd. De rechter beoordeelt dan kritisch of de vordering in de bodemprocedure kans van slagen heeft. Waar vroeger vrijwel altijd, ook op summiere rekesten, verlof werd verleend, komt het nu voor dat de rechter of zijn griffier de advocaat van de beslaglegger belt met nadere vragen.
Conservatoir leveringsbeslag en verhaalsbeslag
Er zijn verschillende soorten van conservatoir beslag mogelijk. Normaal conservatoir beslag is een verhaalsbeslag: het strekt tot zekerheid van een geldvordering die de schuldeiser op de schuldenaar heeft. Een andere vorm van conservatoir beslag is conservatoir leveringsbeslag. Indien een schuldeiser bijvoorbeeld een goed gekocht heeft dat de schuldenaar echter niet wil overdragen, kan hij tot zekerheid van zijn recht op levering van het goed er beslag op leggen. Een latere veroordeling tot overdracht van dat goed (al dan niet tegen betaling van de koopprijs, uiteraard) is dan zeker gesteld met het beslag dat al op het goed ligt. Ook een vordering tot terugvordering van eigendom (revindicatie) kan worden verzekerd met een leveringsbeslag.
Conservatoir verhaalsbeslag
Conservatoir verhaalsbeslag is het meest voorkomende beslag, dat is dus het beslag dat strekt tot zekerheid van een geldvordering. Beslag kan worden gelegd op goederen van de schuldenaar, zoals auto’s, een huis of een perceel grond, maar ook op vorderingen of banksaldi. Een banksaldo is in feite niets meer dan een vordering van de rekeninghouder op de bank. Dit heet conservatoir derdenbeslag.
Omzetting in executoriaal beslag
Als de rechter de vordering in de hoofdzaak toewijst, kan de beslaglegger het vonnis laten betekenen. Het eerder gelegde conservatoire beslag wordt dan vanzelf executoriaal. De beslaglegger kan het beslagen dan openbaar (of, met toestemming van de rechter, onderhands) laten verkopen en zich op de opbrengst verhalen. Dit heet het executeren van een vonnis.
Beslag schept geen voorrang (tussen de beslagleggers)
Beslag schept echter geen voorrang. Dat geldt echter in feite slechts tussen de beslagleggers onderling: als er maar 1 beslaglegger is, kan hij zich als enige op de opbrengst verhalen. Alleen als er meer beslagleggers zijn, is de rangorde van de schuldeisers in principe gelijk en zullen zij zich naar rato van hun vordering op de beslagene mogen verhalen. Zij krijgen, kortom, elk hetzelfde percentage van hun vorderingen voldaan.
Opheffings kort geding
Een beslag is dus nog steeds betrekkelijk snel gelegd. Op het verzoek om beslag te mogen leggen wordt de schuldenaar in principe niet gehoord. Het komt dus als een verrassing. De wet stelt daar als mogelijkheid tegenover dat de beslagene per direct een kort geding tot opheffing kan opstarten. De rechter zal het beslag dan opheffen indien aannemelijk is dat dit beslag ongegrond is gelegd (dat wil zeggen: dat de vordering voor het beslag is gelegd niet bestaat), het beslag onredelijk is, of dat voor de vordering waarvan het beslag is gelegd adequaat een vervangende zekerheid is gesteld.
Rechter kan vervangende zekerheid verlangen
Die vervangende zekerheid wordt meestal gesteld in de vorm van een bankgarantie (het is althans vaste rechtspraak dat tegen het aanbieden van een bankgarantie een beslag moet worden opgeheven), maar die zekerheid kan ook bestaan uit een pandrecht of een recht van hypotheek. Of de zekerheid voldoende is, beoordeelt de kort geding rechter. Indien een beslag uiteindelijk zonder grond blijkt te zijn gelegd, is de beslaglegger risicoaansprakelijk jegens de beslagene. De vraag is dan vaak wel wat zijn schade is geweest: indien beslag is gelegd op een woonhuis, dat de beslagenen nog niet verkocht of niet van plan was te verkopen, blijft dat huis gewoon staan en kan de beslagene er gewoon in blijven wonen. In beginsel lijdt de beslagene dan geen schade.
Kosten voor beslaglegging door een advocaat
Per 1 januari 2011 zijn de griffierechten in burgerlijke zaken aanzienlijk verhoogd. Daar waar vroeger het verzoek tot het mogen leggen van beslag minder dan € 100,- aan griffierecht kostte, is het griffierecht in de meeste gevallen nu € 589,– (voor bedrijven), of € 274,– voor particulieren. Deze verhoging heeft de drempel om beslag te leggen vermoedelijk al behoorlijk verhoogd.
Beslag leggen niet perse kostbaar
Beslag leggen hoeft echter niet kostbaar te zijn. Omdat beslag in principe altijd wordt gecombineerd met een procedure (de rechter bepaalt immers bij het verlenen van het verlof binnen welke termijn de eis in hoofdzaak moet worden ingesteld, lees: wanneer de beslagene dient te worden gedagvaard in een procedure waarin over de vordering waarvoor beslag wordt gelegd wordt getwist), wordt toch al werk verricht om de grondslag en achtergrond van de vordering van de beslaglegger op papier te zetten. De inhoud van een beslagrekest verschilt niet wezenlijk van de inhoud van de dagvaarding voor dezelfde vordering.
Advocaat bij conservatoir beslag
AMS Advocaten hanteert scherpe tarieven en werkt met korte lijnen. Indien u meer vragen heeft over het leggen van conservatoir beslag, dan kunt u contact opnemen met één van onze advocaten.