Vallen alle Picnic-vennootschappen onder de cao voor het levensmiddelenbedrijf?
Op het moment dat de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een cao (of gedeelten daaruit) algemeen verbindend heeft verklaard, dienen alle werkgevers uit die bedrijfstak die bepalingen na te leven ten opzichte van de werknemers. Ook werknemers en werkgevers die geen lid zijn van een brancheorganisatie of vakbond worden dan (ongevraagd) gebonden aan die bepalingen uit de algemeen verbindend verklaarde cao. De toepasselijkheid van een cao kan verstrekkende gevolgen hebben voor een werkgever. Zeer recent heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan over de toepasselijkheid van de cao voor het levensmiddelenbedrijf op het Picnic-concern.
Picnic
Picnic bestaat uit meerdere vennootschappen die verschillende activiteiten verrichten. Iedere Picnic-vennootschap verricht een eigen activiteit, zoals de verkoop van artikelen, verwerking, opslag en het inpakken van goederen, de ontwikkeling van software en/of marketing en zakelijke dienstbetrekking. De Picnic-organisatie profileert zich onder de naam Picnic, kort gezegd, als online supermarkt. De klanten van Picnic kunnen middels een app online winkelen in de supermarkt, waarna de boodschappen thuis worden bezorgd. Picnic heeft ongeveer 15 werknemers in dienst. Daarnaast werken bij Picnic ongeveer 2.500 uitzendkrachten. Het merendeel van deze uitzendkrachten werken bij Picnic Fulfilment en Picnic Hubs.
FNV: alle Picnic-vennootschappen verrichten één activiteit
Bij brief van 8 januari 2019 heeft FNV Picnic c.s. verzocht de algemeen verbindend verklaarde cao voor het levensmiddelenbedrijf (cao) voor alle vennootschappen toe te passen. Picnic c.s. menen dat zij niet gehouden zijn de cao toe te passen omdat zij niet (allemaal) onder de werkingssfeer van de cao vallen.
Echter, naar mening van FNV werken alle Picnic-vennootschappen gezamenlijk aan één activiteit: de exploitatie van een online supermarkt. Volgens FNV is het dus ook niet relevant dat de verschillende activiteiten in afzonderlijke vennootschappen zijn ondergebracht. En de ratio van de werkingssfeerbepaling van de cao is volgens het FNV kraakhelder: alle werkgevers die een fysieke of virtuele inrichting exploiteren waar verbruiksartikelen kunnen worden gekocht – zoals een online supermarkt – dienen onder de cao te vallen. Ongeacht of de afzonderlijke activiteiten van die online supermarkt zijn ondergebracht in aparte vennootschappen.
Verklaring voor recht
In deze procedure vordert FNV dan ook een verklaring voor recht dat Picnic c.s. – althans een aantal Picnic-vennootschappen – onder de werkingssfeer van de cao vallen en derhalve verplicht zijn deze toe te passen. Picnic betwist dat alle vennootschappen onder de werkingssfeer van de cao vallen.
Cao-norm
De vraag of Picnic c.s. – althans één of meerdere van de Picnic-vennootschappen – onder de cao vallen, dient te worden beantwoord aan de hand van de cao-norm. Die norm houdt in dat aan een bepaling in een cao een uitleg naar objectieve maatstaven moet worden gegeven. Bij de cao-norm zijn de bewoordingen van de bepalingen, gelezen in het licht van de hele tekst, in beginsel van doorslaggevende betekenis. Dat betekent niet dat de cao steeds grammaticaal moet worden uitgelegd, maar wel dat uitleg alleen kan plaatsvinden op basis van de naar objectieve maatstaven kenbare bedoeling van partijen.
De cao is dan ook van toepassing op: werknemers (elke persoon in dienst bij de werkgever) die een arbeidsovereenkomst hebben met een werkgever (een natuurlijk persoon die één of meer winkels in de zin van de cao exploiteert).
Bedrijfsvoering
De kantonrechter overweegt dat iedere Picnic-vennootschap een eigen activiteit verricht en dat bij een aantal van die vennootschappen werknemers in dienst zijn. Weer andere vennootschappen maken (ook) gebruik van uitzendkrachten. Dit betekent dat de keten van online boodschappen bestellen, afrekenen van boodschappen, de distributie van de producten, het transport naar en de aflevering bij de consumenten thuis en de andere activiteiten die samenhangen met de exploitatie van een online supermarkt door afzonderlijke vennootschappen worden verricht. En dus niet binnen één juridische entiteit plaatsvinden.
Winkel in de zin van de cao
De kantonrechter oordeelt allereerst dat het feit dat de Picnic-vennootschappen geen fysieke winkel exploiteren, niet direct betekent dat zij niet onder werkingssfeer van de cao vallen. Volgens de cao wordt onder winkel immers een fysieke en/of virtuele inrichting verstaan.
Werkgever in de zin van de cao
Volgens FNV moeten alle activiteiten van de verschillende Picnic-vennootschap in samenhang worden bezien om te beoordelen of één, meerdere of alle Picnic- vennootschappen onder het begrip ‘werkgever’ valt/vallen. FNV wijst erop dat niet alleen de verkoop, maar ook de opslag en distributie van de goederen noodzakelijk zijn om een winkel te exploiteren. Picnic c.s. betwisten dit standpunt. Volgens Picnic c.s. gaat het er enkel om dat een vennootschap zélf een winkel exploiteert en werknemers in dienst heeft.
De kantonrechter is het met Picnic c.s. eens en overweegt dat nergens in de cao en/of de definitiebepalingen aanknopingspunten zijn te vinden voor de opvatting dat onder het begrip werkgever ook rechtspersonen vallen die weliswaar niet zelf een winkel exploiteren, maar waarvan de activiteiten op een of andere manier samenhangen met het exploiteren van een winkel door een andere rechtspersoon die binnen dezelfde groep of hetzelfde concernverband opereert. Met andere woorden: er is enkel sprake van een ‘werkgever’ in de zin van de cao als een rechtspersoon zelf een winkel exploiteert.
Vennootschappen moeten apart worden beoordeeld
In het verlengde van het bovenstaande overweegt de kantonrechter dat per werkgever (dus per Picnic-vennootschap die werknemers in dienst heeft) moet worden bezien of de cao van toepassing is. En dat is enkel het geval als die werkgever een virtuele inrichting exploiteert waar een verscheidenheid aan gebruiksartikelen worden verkocht.
Conclusie
De kantonrechter komt dan ook tot het oordeel dat enkel Picnic (dat zorgdraagt voor de verkoop van food en non-food artikelen, inclusief verbruiksartikelen aan consumenten) onder de werkingssfeer van de cao valt. Dit geldt overigens alleen voor zover zij werknemers in dienst heeft. Picnic wordt dan ook verplicht de cao na te leven voor de periode dat de cao algemeen verbindend is verklaard. We zullen moeten afwachten of FNV binnen drie maanden hoger beroep instelt tegen de uitspraak van de rechtbank. Ik verwacht dat FNV een zware dobber heeft aan eventuele hoger beroepsprocedure tegen Picnic.