De rechtbank Oost-Brabant deed onlangs een interessante uitspraak over de ontbinding van een complexe ICT-opdracht. De opdrachtgever heeft na jarenlange onderhandelingen en verlenging van deadlines de overeenkomst met opdrachtnemer ontbonden. In de procedure komt aan de orde of de opdrachtnemer wel in verzuim was. Hoe oordeelt de rechtbank hierover en krijgt de opdrachtgever haar gevorderde schadevergoeding toegewezen? Marco Guit, advocaat verbintenissenrecht, bespreekt de uitspraak.
Raamovereenkomst tussen opdrachtgever en opdrachtnemer
De feiten in deze zaak zijn als volgt. Een opdrachtgever, een groot regionaal ziekenhuis, heeft een ICT-bedrijf opdracht gegeven om een geïntegreerd computersysteem te leveren in verband met de introductie van het Elektronisch Patiënten dossier. Partijen sluiten een raamovereenkomst waarin tevens een planning is neergelegd. Opdrachtgever verricht een vooruitbetaling van ruim € 3 miljoen.
Ontbinding wegens wanprestatie
Het project loopt aanzienlijke vertraging maar partijen blijven in overleg en komen onder meer een nieuwe planning overeen. Ook de in deze planning genoemde termijnen worden niet gehaald door het ICT-bedrijf. Opdrachtgever besluit de overeenkomst schriftelijk te ontbinden wegens wanprestatie. Tevens start zij een procedure bij de rechtbank waarin zij terugbetaling van de aanbetaling vordert en vergoeding van de door de wanprestatie ontstane schade (onnodig aangeschafte hardware en licenties, extra personeelskosten, advies- en consultancykosten).
Ontbinding overeenkomst zonder ingebrekestelling?
Het primaire verweer van het ICT-bedrijf is dat de opdrachtgever niet bevoegd was om de overeenkomst buitengerechtelijk te ontbinden omdat het ICT-bedrijf niet in verzuim verkeerde. Opdrachtgever heeft het ICT-bedrijf nimmer ingebreke gesteld. Volgens de wet kan een overeenkomst pas buitengerechtelijk worden ontbonden -en ontstaat er dan pas recht op schadevergoeding- als de wederpartij in verzuim is. Verzuim treedt in als de wederpartij schriftelijk ingebreke is gesteld en niet binnen de gestelde termijn alsnog zijn contractuele verplichtingen is nagekomen.
Verzuim zonder dat ingebrekestelling is vereist?
Verzuim kan soms ook van rechtswege intreden, dat wil zeggen zonder ingebrekestelling. Bijvoorbeeld als fatale deadlines niet zijn gehaald (zodat aanmanen zinloos zou zijn) of als uit mededelingen of gedragingen van de schuldenaar blijkt dat hij toch niet gaat nakomen. De rechtbank is van mening dat geen van beide situaties zich in deze zaak voordoen. De data in de aangepaste planning waren –zoals blijkt uit de letterlijke tekst en de verklaringen van partijen- slechts indicatief. Overschrijding hiervan kan dus niet tot verzuim van rechtswege leiden. Ook heeft het ICT-bedrijf nooit aangegeven de overeenkomst niet meer te zullen nakomen. Sterker nog, zij heeft juist de intentie uitgesproken dat zij wel zal nakomen. Kortom, de rechtbank komt tot de conclusie dat opdrachtgever niet bevoegd was de overeenkomst te ontbinden.
Opzegging leidt niet tot recht op schadevergoeding
De opdrachtgever heeft subsidiair gesteld dat als de ontbinding geen stand zou houden, de overeenkomst in ieder geval is opgezegd. Hiertegen heeft het ICT-bedrijf geen bezwaar gemaakt. Dit betekent dat beide partijen bevrijd zijn de overeenkomst nog verder na te komen. Helaas voor de opdrachtgever heeft zij in geval van opzegging geen recht op vergoeding van schade. En omdat er bij opzegging geen (automatisch) recht op ongedaanmaking van de reeds verrichtte prestaties ontstaat, kan de opdrachtgever naar haar aanbetaling (van € 3 miljoen) fluiten. Deze enorme financiële domper had kunnen worden voorkomen door het ICT-bedrijf ingebreke te stellen.