Arbeidsongeschikt door vuurwerkongeval tijdens bedrijfsfeest. Eigen schuld?

Sander Schouten Sander Schouten 31 december 2018 5 min

In de periode rondom de jaarwisseling gebeuren er altijd weer ongelukken met vuurwerk. Deze ongevallen hebben ook vaak een juridische nasleep omdat discussie kan ontstaan over wie aansprakelijk is voor de schade in geval van een vuurwerkongeval. De rechtbank moest zich onlangs uitlaten over aansprakelijkheid voor schade ten gevolge van een ernstig vuurwerkongeval. Advocaat aansprakelijkheidsrecht Nynke Noordmans geeft in deze blog een toelichting op de uitspraak van de rechter.

Illegaal vuurwerk ontploft op bedrijfsfeest

Wat speelde er? Gedaagde in deze procedure nam een stuk illegaal vuurwerk mee naar een bedrijfsfeest waar veel alcohol werd genuttigd. Daar kwam het illegale vuurwerk uiteindelijk in handen van eiser terecht. Eiser stak het vuurwerk vervolgens binnen aan en slaagde er niet in het tijdig naar buiten te werken. Het vuurwerk explodeerde in zijn hand met zwaar lichamelijk letsel als gevolg: eiser verloor zijn rechterhand en raakte volledig arbeidsongeschikt.

Advocaat aansprakelijkheidsrecht

Eiser spande vervolgens een procedure aan tegen gedaagde en diens advocaat vorderde in die procedure een verklaring voor recht dat gedaagde aansprakelijkheid was voor zijn schade. Als reden voor deze aansprakelijkheid voerde eiser aan dat gedaagde, door het mee brengen van vuurwerk naar een feest waarvan hij wist dat er flink wat alcohol werd genuttigd, een gevaarlijke situatie in het leven had geroepen. Ook was gedaagde bekend met het feit dat het vuurwerk een enorme impact en korte ontstekingstijd had. Verder werd hem verweten dat hij, toen hij eenmaal binnen was, zich niet meer om het vuurwerk bekommerd had.

Gedaagde vindt eiser zelf verantwoordelijk

Gedaagde stelde daar tegenover dat hij helemaal niet de intentie had gehad om het vuurwerk mee te nemen en dat een derde dat in zijn jas zou hebben gestopt. Ook vond gedaagde dat eiser zelf verantwoordelijk was omdat eiser het vuurwerk zelf binnen had aangestoken, eiser op dat moment volwassen was (hij was toen 35) en dus moest weten dat het binnen afsteken van vuurwerk gevaarlijk kon zijn.

Kelderluik-criteria

De rechter stelde bij zijn beoordeling voorop dat eiser zijn vordering baseerde op de criteria uit het Kelderluik-arrest. In dit arrest, aangevuld door latere jurisprudentie, zijn criteria in het leven geroepen voor beantwoording van de vraag of iemand veiligheidsmaatregelen moet treffen indien hij zelf een gevaarlijke situatie in het leven heeft geroepen. Bij de beantwoording van de vraag of iemand veiligheidsmaatregelen dient te treffen ter voorkoming van de verwezenlijking van een door hem in het leven geroepen gevaar, dient te worden gelet op

(i) in hoeverre de niet-inachtneming van de vereiste oplettendheid en voorzichtigheid waarschijnlijk is,

(ii) hoe groot de kans is dat daaruit ongevallen ontstaan,

(iii) hoe ernstig de gevolgen kunnen zijn en

(iv) in hoeverre het nemen van veiligheidsmaatregelen bezwaarlijk is.

De rechter vond dat gedaagde op zich een gevaarlijke situatie in het leven had geroepen en dat hij door zwaar vuurwerk mee te nemen naar een bedrijfsfeest waar veel werd gedronken onrechtmatig handelde.

Vergoedingsplicht schade

De volgende vraag die de rechter moest beantwoorden was of de schade integraal voor rekening van gedaagde diende te komen. Eiser had namelijk een beroep gedaan op artikel 6:101 BW. Dit artikel bepaalt dat als iemand ook eigen schuld aan schade heeft, zoals bijvoorbeeld eiser doordat hij het vuurwerk zelf aanstak, de vergoedingsplicht van de schade verdeeld moet worden over de benadeelde en de vergoedingsplichtige in evenredigheid met de mate waarin zij elk aan de schade hebben bijgedragen.

Eiser onvoorzichtig: schade delen

De rechtbank vond dat eiser in deze zaak ook zelf extreem onvoorzichtig was geweest door het vuurwerk binnen aan te steken. Dat eiser mogelijk dronken was, doet daar niet aan af: volgens de rechtbank omvatte zijn onvoorzichtige gedrag mede het in zodanige mate nuttigen van alcohol dat hij niet meer in staat was tot enig besef van het extreem gevaarzettende van zijn schadeveroorzakende gedrag. Aldus was het verstekpunt volgens de rechtbank dat de schade 50/50 moest worden verdeeld.

Billijkheidscorrectie?

Tot slot moest de rechtbank nog beoordelen of er plaats was voor een zogenaamde billijkheidscorrectie. Uit een oogpunt van billijkheid diende de verdeling van de schade ten gunste van gedaagde te worden bijgesteld naar 70% voor rekening van eiser en 30% voor rekening van gedaagde, omdat het gedrag van eiser volgens de rechtbank aanzienlijk meer verwijtbaar is dan het gedrag van gedaagde. Eisers gedrag was, volgens de rechtbank, immers uitvloeisel van een op de ontsteking van het vuurwerk gericht wilsbesluit en/of van een door het bewust innemen van aanzienlijke hoeveelheden alcohol veroorzaakt onvermogen om risico’s behoorlijk af te wegen.

Correctie op grond van ernstig letsel

Het gedrag van gedaagde viel meer te typeren als het onvoldoende risicobewust en alert reageren op een situatie waarin deze plotseling verzeild raakte te weten, de onverwachte aanwezigheid van het stuk vuurwerk in zijn jaszak, het onverwachte afpakken daarvan door een derde en dus door gedaagde ongewild in handen raken van het vuurwerk bij eiser. Vervolgens past de rechtbank ook nog een andere correctie toe op grond van het ernstige letsel van eiser: om die reden komt de rechtbank uiteindelijk tot een verdeling van 65% voor eiser en 35% voor gedaagde.

Dekking verzekeraar weegt mee

Tot slot weegt de rechtbank ook mee dat gedaagde verzekerd is tegen wettelijke aansprakelijkheid: de rechtbank komt op basis van tevens die omstandigheid op een 50/50 verdeling maar geeft daarbij aan dat als de verzekeraar zich met succes op een uitsluitingsclausule zou beroepen, dan de 65/35% verdeling moet worden toegepast. Aldus verklaarde de rechtbank in deze procedure uiteindelijk voor recht dat gedaagde aansprakelijk is voor 50% van de schade die het gevolg was van het vuurwerkongeval indien zijn WA-polis de schade dekt en voor 35% indien dat niet het geval is. Het feit of de verzekeraar de schade al dan niet dekt woog bij de beslissing dus mee.