3 min lezen

Leraar krijgt schadevergoeding na onterechte beschuldiging

NL

Een leraar in het basisonderwijs werd door zijn werkgever onterecht beschuldigd van ontucht met een minderjarige. De politie deed onderzoek. De ouders van de leerlingen werden gedetailleerd per brief geïnformeerd.  De leraar werd later vrijgesproken, maar toch ontslagen door zijn werkgever. De ambtenaar is het hier niet mee eens en gaat in bezwaar en vervolgens in beroep. Wordt het beroep gegrond verklaard? Advocaat ambtenarenrecht Sander Schouten bespreekt het vonnis.

Ontslag wegens plichtsverzuim

De leraar in kwestie werd nadat hij was vrijgesproken van ontucht, alsnog ontslagen omdat hij gelogen zou hebben over het tijdstip waarop er twee tatoeages in zijn lies zouden zijn aangebracht. Dat tijdstip zou relevant zijn om zijn onschuld vast te stellen, aldus de werkgever. De werkgever ontsloeg de leraar vervolgens op grond van plichtsverzuim. Door de consternatie was er ook een conflict ontstaan tussen de leraar en de werkgever. De werkgever ontsloeg de leraar ook om die reden.

Ambtenaar gaat in bezwaar en beroep

De advocaat van de ambtenaar ging binnen 6 weken in bezwaar tegen het ontslag. De werkgever wees zijn bezwaar af en voegde zelfs nog een extra grond toe aan het ontslagbesluit. De leraar zou ook een relatie hebben met een minderjarige leerling. De advocaat van de ambtenaar ging (weer binnen 6 weken) in beroep bij de rechtbank Noord-Nederland. Hij stelde dat het niet toegestaan zou zijn na bezwaar nog extra ontslaggronden aan het ontslag toe te voegen. Verder zou geen sprake zijn van plichtsverzuim Het doen of nalaten van iets dat een goed ambtenaar in gelijke omstandigheden behoort na te laten of te doen
» Meer over plichtsverzuim
plichtsverzuim
omdat de leraar zelf gemeld had dat er aangifte jegens hem was gedaan. Hij had niet opzettelijk gelogen en mocht spaarzaam zijn met het beantwoorden van de vragen die zijn werkgever had naar aanleiding van de aangifte. Het strafrechtelijk onderzoek liep immers toen al en zijn werkgever had veel contact met de politie.

Schadevergoeding bij ontslag

De rechtbank vond niet dat de leraar zich schuldig had gemaakt aan plichtsverzuim maar stelde wel vast dat er een ernstig conflict was. Dat conflict was echter voornamelijk de werkgever te wijten en niet de leraar. Die was immers vrijgesproken. De rechtbank handhaafde het ontslag wel, kende naast een wachtgeldgarantie nog een salarisnabetaling toe, tot en met ongeveer 5 maanden na zijn ontslag.

Hoger beroep bij de Centrale Raad van Beroep

De advocaat van de werkgever ging vervolgens in hoger beroep Ons burgerlijk procesrecht kent het beginsel dat er onderzocht wordt in twee instanties: een ieder heeft het recht op een nieuwe behandeling van de zaak door een hogere rechter.
» Meer over hoger beroep
hoger beroep
bij de Centrale Raad van Beroep (CRvB, het hoogste rechtscollege in het ambtenarenrecht Een bijzondere regeling in het arbeidsrecht waarin de rechtspositie van ambtenaren wordt geregeld.
» Meer over ambtenarenrecht
ambtenarenrecht
) binnen 6 weken na de uitspraak van de rechtbank, maar zonder resultaat. De CRvB oordeelde ook dat niet vast was komen te staan dat de leraar opzettelijk loog over zijn tatoeages. Dat de leraar terughoudend was met zijn mededelingen tijdens het strafrechtelijk onderzoek vond de CRvB evenmin kwalijk. De toegekende schadevergoeding naast de wachtgeldregeling handhaafde de CRvB. De brief van de werkgever aan de ouders over de ontucht, terwijl het onderzoek van de politie toen nog liep, heeft volgens de CRvB de terugkeer van de leraar op de school onmogelijk gemaakt. De vertrouwensbreuk was te wijten aan de werkgever.

Sander Schouten

Sander Schouten

Sander is sinds 2001 advocaat. Hij heeft bij twee middelgrote advocatenkantoren in Amsterdam ervaring opgedaan. Sander legt zich voornamelijk toe op de rechtsgebieden ondernemingsrecht, insolventierecht, verbintenissenrecht en arbeidsrecht. Volg Sander op LinkedIn of Twitter.
Ravel Residence